Terwijl hij een keer of tien ‘kut’ riep probeerde Kevin de foetus tevens – om extra nadruk te leggen – een kut na te doen.
“Het is helemaal niet erg dat je weer een inzinking* hebt,” zei de psychiater.
“Voor jou niet, nee, kuturenschrijver!” zei Kevin. “Maar jij bent dan ook een kut die geleerd heeft een opschrijfblok vast te houden, kut. Ik vind ‘inzinking’ trouwens een jankend kutwoord. Is mijn schaamspleet doorgezakt of zo? Wat bedoel je, kutkrabber?”
“Terugval dan?” gaf de psychiater aan.
“Dat is een nog veel kutter woord,” blaatte Kevin. “Terugval! Dat klinkt als een vaginistische klem. Waarom gebruik jij toch godverdekut steeds van die termen die associaties hebben met het vrouwelijke geslachtsorgaan, of, zoals sommige mensen zeggen, de kut?”
“Rustig maar,” zei de psychiater. “Haal eens diep adem en vertel wat je op je hart hebt. Of op je lever.”
“Of in mijn kut? Dat wou je toch zeggen? En hoezo zou er me iets dwars zitten? Ik ben net zo gesteld op de kutsamenleving als een Braziliaanse kutkapper is op haar.”
“Dat is mooi om te horen,” zei de psychiater. “Ga door.”
“Interrumpeer me dan ook niet, blokkut!” blafte Kevin. “Als je niet wil luisteren, ga dan een lepel buigen of zo. Maar, kijk, begrijp me niet verkeerd, als ik klittenband zie dan denk ik: wat zit de natuur toch kutmooi in elkaar! Dat heeft God toch maar goed bedacht, denk ik dan. Het is alleen jammer dat de kutmens op een gegeven kutmoment ging ingrijpen. En dan heb ik het niet over het ontdekken van technieken om taugé in reepjes te snijden of uitvindingen als polygamie. Nee, dan heb ik het over het ingrijpen om het ingrijpen: de kutbestuursvormen.”
De psychiater maakte instemmende geluiden.
“Luister je nog, kutquasifiguur?” vroeg Kevin. “Het kutfeit alleen al dat die kutoverheden keer op keer twee keer iets aan ons burgers willen verdienen, is al om een kut mee uit te hollen. Zo’n kutoverheid creëert namelijk een kutsituatie x. En ik, kut, moet zorgen dat ik x niet laat gebeuren. En dat voorkomen of verhelpen kost dus kutgeld. Maar ik moet mij, kut, ook wapenen tegen x van kutanderen. En dergelijke kutisolatie en wat dies meer zij kost dus ook kutgeld. Ondertussen doet die kutoverheid geen kut, behalve kutcontroles uitvoeren. Ook ondertussen verdient die kutoverheid van twee kanten btw, om van andere kutbelasting maar te zwijgen. Gewoon omdat er kutproducten en kutdiensten gekoppeld zijn aan willekeurige, opgelegde kutregeltjes.”
“Zo heb ik het eigenlijk nog nooit bekeken,” zei de psychiater, terwijl hij nogal flink aantekeningen aan het maken was.
“En weet je wat zelfs nog stinkend kutter is dan het omhulsel van de kittelaar van Wouter Bos? Dat veruit de meeste kutmensen er allemaal geen kutzak om geven en niet eens door blijken te hebben dat ze verkracht worden. Dat ze wel bezig zijn met het nauwgezet volgen van bijvoorbeeld kuttige kutverjaardagsprotocollen maar geen kutenkele kutbehoefte hebben aan een werkelijk kutgesprek.”
De psychiater was overdreven driftig aan het knikken. Kevin stak een sigaret op. Puur en alleen omdat hij wist dat er niet gerookt mocht worden.
“Ja,” zei de psychiater opgewonden. “Ik begrijp wat je bedoelt. Ik was gisteren jarig, maar denk maar niet dat ik van mijn vrouw mijn zaad van haar gezicht af mocht pissen! Ik zeg het je! Op mijn verjaardag, nota bene!”
Kevin keek op zijn horloge. De psychiater wachtte ondertussen zichtbaar enthousiast op bijval.
“Eh, ik geloof dat mijn uur om is,” zei Kevin.
— — —
* Kevin had het voornemen alleen nog maar te schelden en vloeken in natuurkundige termen en eenheden. Helaas heeft onze Kevin dit niet vol kunnen houden. (zie: ‘Kevin doet aan tweedegraads boekverbrandingen’)