Omdat Sebastiaan een doorzetter was, won hij vaak met dammen. Zijn broer Rick was familie en de favoriet van zijn ouders. Dat kwam voornamelijk omdat zijn ouders lui waren. Rick heeft namelijk maar een lettergreep en Sebastiaan heeft vier lettergrepen. Het uitspreken van Rick kost dus minder energie dan het uitspreken van Sebastiaan.
Sebastiaan had er wel last van.
Toen Rick bijvoorbeeld bij toeval hete thee over zijn ballen morste, kwamen zijn ouders elke dag langs in het ziekenhuis. En toen Sebastiaan drie van zijn rugwervels in zijn melk had laten vallen, kwamen zijn ouders ook elke dag langs in het ziekenhuis, maar wel in een totaal ander ziekenhuis dan waar Sebastiaan lag.
Zoiets doet pijn.
Maar gelukkig won Sebastiaan vaak met de lotto. Zo vaak dat hij op een gegeven moment zelfs stopte met lottospelen, omdat hij de moeite van het geld innen zo’n gedoe vond.
Rick dacht toen inmiddels zijn slag te slaan door met een elastiek meetlint op de markt te komen. Al het spaargeld van zijn schoonvader had hij erin gestopt. Op feestjes moest hij altijd lachen en grappen maken over zijn achterbuurman. Die had namelijk een meetlat uitgevonden waar je wel 100 meter mee kon meten. Minpuntje was uiteraard dat je die meetlat eigenlijk nergens op kon bergen. Nog stommer was het ook dat Jan-Pieter Lint al vele jaren daarvoor het meetlint had bedacht. Een meetlint was feitelijk een meetlat, maar dan van soepeler materiaal dan hout, zodat je het kon oprollen. Voor veel mensen was de verplichte cursus Oprollen echter te moeilijk, dus het meetlint was nooit echt aangeslagen.
De marketing was ook in Rick zijn handen en Meten en loslaten! was de catchphrase waarmee hij zijn product tot goud wilde laten worden. Niet lang daarna was hij gedwongen een adviesbureau te beginnen. Al zijn vrindjes van de Lions en de leestafel voorzag hij van raad en tips. Welke wijn je het beste bij vis kunt drinken. Welke vis je het beste zalm kunt noemen. Dat soort dingen. En de eerste consultatie was altijd gratis.
Het was ook in die tijd dat Sebastiaan onderhand ziek werd van altijd weer die vragen of het het weekend mooi weer zou worden.
‘Dat ik een weerwolf ben, wil godverdomme niet zeggen dat ik een meteoroloog ben!’ schreeuwde hij vaak dronken tegen zichzelf.
Toch had hij wel iets met de toekomst en voorspellingen en hij had ook best meteorologie willen studeren, maar dan had hij zijn middelbare school af moeten maken. Door zijn levenshouding ‘we moeten het verleden vergeten en ons richten op de toekomst’ was het hem nooit gelukt een voldoende te scoren voor het vak geschiedenis. Einde verhaal voor zijn schoolcarrière betekende dat.
Zijn leraren op school vonden het trouwens nodig om Sebastiaan te pas en te onpas te vertellen dat hij als eerste op zou groeien. En inderdaad, hij was de oudste thuis. (Nou ja, zijn vader en moeder waren wel ouder.) Jonathan scheelde zeven jaar met zijn broer Galg en wel tien jaar met zijn broers Rick en Rad.
Galg en Rad waren geadopteerd. Het waren Chinezen met Japanse invloeden. Vandaar die rare namen. Ze vulden elkaar perfect aan, maar ook andere mensen. Vooral die vakantie in Zuid-Nederland. Galg en Rad waren toen de hele dag bezig om met de ‘n’ de taaluitingen van de Zuid-Nederlanders aan te vullen. De Zuid-Nederlanders leerden er niks van. Het gezin besloot toen ook om nooit meer een vakantie onder de lijn Nijmegen-Rotterdam te vieren, maar met hun stoelgang zat het wel snor.