In de tijd dat dagen en nachten elkaar afwisselden en Frits Barend onderhandelde over de hoogte van de kijkcijfers, gebeurde er nog meer in Nederland – al zij het van emotioneel mindere orde, maar zo kwam het dus voor dat de stalker en de masochist de trein hadden gemist. Voor de stalker was het stiekem geen enkel probleem; werkelijk op de trein stappen was hem eigenlijk juist een stap te ver. En de masochist vond het nader beschouwd juist wel fijn dat door het missen van de trein allerlei dingen die dag fout zouden lopen. De twee merkten elkaar op en keken elkaar aan.
Ergens tussen de negenenzeventig en de eenentachtig dagen verderop zaten twee politieagenten in een halve kring televisie te kijken. Voeten op tafels en stoelen. Chips en cola aanwezig. Er werd gelachen. ‘Nou, dat is het bewijs!’ zei politieagent 1 enthousiast. ‘Zie je nou wel? Steve Guttenberg speelt helemaal niet mee in Police Academy 5. In 1, 2, 3 en 4 wel, maar in 5 niet meer. In 6 ook niet. En in Mission to Moscow ook niet. Michael Winslow heeft in alle Police Academy films een rol. Steve niet.’
‘Je hebt gelijk,’ zei politieagent 2. ‘Eerlijk is eerlijk. Maar wat misschien nog wel veel belangrijker is: heb jij de nieuwe opstelling van de kermis hier gezien?’
‘Een blamage!’ zei politieagent 1.
‘En onlogisch!’ viel politieagent 2 bij. ‘De grijpkranen stonden altijd naast de robotsauto’s. Echt bizar dat ze daar dan nu de Aquablaster en de Polyp tussen hebben gezet.’
‘Met de nougatkraam helemaal aan de rand!’ zei politieagent 1. ‘En de La Bamba dan dus ook helemaal uit het zicht! Ik begrijp niet wie dat soort dingen bepaalt.’
‘Dat begrijpen wij allebei niet,’ zei politieagent 2.
Ongeveer precies aan de andere kant van de wereld – of liever gezegd: de afstand naar het middelpunt van de aarde toe en dan nog een keer zo’n afstand erbij –, werd de bakker van Ernsthausen ontboden door de burgemeester. ‘Bakker,’ zei de burgemeester. ‘We hebben het er met de gemeenteraad eens over gehad en we willen iets speciaals voor je doen. Jij hebt per slot van rekening ons van de belegering en het daaraan gekoppelde lijden verlost door op een kanonskogel te springen en heldendaden te verrichten als spioneren en wat dies meer zij!’
‘Nou ja, dat is niet helemaal waar,’ zei de bakker. ‘Ik was aan de schijterij. En van een afstand leek het er waarschijnlijk op dat ik op een kanonskogel zat. Maar dat was dus niet zo. Ik had gewoon erg veel haast om bij een toiletgelegenheid te komen.’
‘O,’ zei de burgemeester. ‘Maar wel heel bijzonder was dat je jezelf met je haren uit het moeras getrokken hebt. Chapeau!’
‘Tja,’ zei de bakker. ‘Dat bleek gewoon een smerige en tamelijk ondiepe sloot te zijn en ik had daarbij door een combinatie van hoofdluis en syfilis een enorme jeuk op mijn hoofd. Vandaar dat ik van pure ellende aan mijn haar trok, ziet u?’
Een paar maal zeven mijl naar links en iets van 20.000 mijl naar beneden waren twee huisvrouwen in een onderzeeër bezig met een soort van gesprek. ‘Volgens mij zit ik in de overgang,’ zei huisvrouw 1. ‘Ik ga namelijk weleens zonder reden sporten en dan ga ik dus zonder reden zweten.’
‘In sommige landen mogen vrouwen helemaal niet in de overgang,’ zei huisvrouw 2.
‘Dat is waar,’ zei huisvrouw 1.
‘In die landen mag je als vrouw ’s avonds ook niet alleen over straat,’ zei huisvrouw 2. ‘Ik ben daar ooit geweest en je ziet na zessen echt alleen mannen nog heroïne scoren.’
‘Triest!’ zei huisvrouw 1. ‘Vrouwen kunnen net zo goed dingen en zo. Ik zou bijvoorbeeld dolgraag willen werken. Maar ik heb er de tijd niet voor. Ik ben namelijk veel te druk bezig om samen met mijn vrouwelijke advocaat mijn vrouwelijke huisarts aan te klagen omdat ze volgens mij haar vak niet begrijpt. Vervelend daarbij is dat ik mijn vrouwelijke huisarts natuurlijk nodig heb om aan mijn vrouwelijke accountant uit te leggen dat ik me gewoon genoodzaakt zie om de Autoriteit Financiële Markten in te lichten omdat zij mij ziek maakt met haar getalletjes en lijntjes. Maar die vrouwelijke accountant moet ik dus ook weer aan mijn kant hebben om mijn vrouwelijke advocaat te bewijzen dat zij veel te veel rekent en dat ik haar declaraties dus echt niet ga betalen. En dat kost me allemaal tijd. Tijd die mannen wel hebben, verdomme.’
‘De klootzakken!’ zei huisvrouw 2.
In hun stilte keken de stalker en de masochist elkaar nog steeds ongemakkelijk aan. Ze wisten dat alleen hun wereld bestond. In de verte liep nog een moeder met haar kleine dochtertje naar de hoofduitgang.
‘Ik wil wereldvrede!’ schreeuwde het huilende meisje hysterisch en herhalend.
‘Ik wil zoveel,’ zei haar moeder. ‘Maar ik krijg het ook niet.’
‘Tja, daar staan we dan,’ zei de stalker om maar iets te zeggen. ‘Ik zou misschien moeten bellen dat ik later kom. Kan ik jouw mobiele telefoon lenen?’
‘Nee,’ zei de masochist. ‘Mijn mobiele telefoon is gestolen. Bovendien is hij kapot, is de batterij niet opgeladen en heb ik geen bereik.’
En dus liepen de beide makkers op hun blote handen naar huis. Op blote handen! Zonder ook maar een want.