Five easy pieces

Mijn huis is van top tot teen met de hand geschilderd.
In heel mijn buurt, wijk, zelfs dorp hebben de bewoners hun huizen laten bewerken door voet- en/of mondschilders, dus u kunt wel begrijpen dat juist mijn huis iets aparts heeft.
Maar dat geeft ook veel kift.
Als ik in de Lidl of zo loop (om een heerlijke voorgebakken pizza te kopen), fluisteren de mensen: ‘Daar heb je die excentriekeling met zijn kakideeën over schildertechnieken.’
Uiteraard doe ik dan net of ik niet in de Lidl hoor.
Maar komt het erop aan, dan ben ik dus wel degene aan wie ze vragen of ik de pizza wil verdelen.
Het maakt namelijk wel uit of je een pizza met vier kazen hebt of eentje met enkel extra hamblokjes en ananas.
Toch is er een vuistregel.
Bij de meeste pizza’s geldt dat er altijd iets blijft hangen.
Dus je denkt dat je een pizza in vieren verdeelt, maar uiteindelijk verdeel je hem in vijven.
De pizzawetenschap is nog in opkomst.
Over kwintolen is dan al wel wat geschreven, maar bijvoorbeeld kwesties in Duitsland waar ze weleens met achten een pizza eten, daar is nog zo goed als niks over bekend.
Vroeger vouwden de mensen een pizza dubbel om het middelpunt te bepalen.
Ik lach daarom.
Tegenwoordig heb je daar prima meetapparatuur voor.
Maar: de pizza moet dan wel waterpas horizontaal liggen.
Een geodriehoek, een passer en een simpel, uiterst simpel rekenmachinetje, meer heb je daarna niet nodig.
Ik heb zelfs ooit – maar ik ben dan ook een expert – een pizza verdeeld met enkel een stuk touw van dertig centimeter!
En dan, de hel van elke pizzaverdeler, iemand die zegt: ‘Ik lus nie meer…’
Of die voet- en/of mondschilders die dan ineens beledigd reageren als je zegt: ‘Pizza mag je met je handen eten, hoor.’

Daar sta je dan met je goeie bedoelingen en je geodriehoek.