Ei-eigenschappen #12

De tijd dat ieders held Gerard Cox persoonlijk elke pinda controleerde voor die aan de consument werd toevertrouwd ligt alweer, schrik niet, zo’n twintig jaar achter ons. Maar hij heeft met zijn altijd betrouwbare aura onze Europese Unie gelukkig nog net een en ander kunnen leren over codering van afzonderlijke producten. Ooit zal het echt zo ver wel komen dat elke rijstkorrel voorzien wordt van een unieke reeks streepjes of symbolen; ambtenaren zullen zich blijven bezighouden, want anders waren ze allicht geen ambtenaar geworden. Eieren lijken in ieder geval een goede voorstudie voor wat er onder andere de basmati te wachten staat.
Al in 1975 vaardigde de Raad van de Europese Gemeenschappen een verordening uit over de handelsnormen voor eieren. Het gewicht van eieren werd hierbij ingedeeld in achten. Gewichtsklasse 0 besloeg in deze structurering de eieren die 75 gram en zwaarder waren. Dan liep het met stapjes van 5 gram naar beneden tot gewichtsklasse 7, waar de eieren lichter dan 45 gram hun plek hadden.
Dat kon natuurlijk niet lang zo blijven. Waarom zou je een systeem beschrijven en het dan zo laten? Daarmee maak je het de leek alleen maar onnodig makkelijk! Nee, van het psychiatrische handboek DSM (Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders) wordt ook elke tien jaar wel een nieuwe editie aan de wereld overhandigd, waarin voornamelijk dingen wat anders zijn geordend en definities en naampjes een tikkie anders worden geformuleerd. Zonder deze updates zou het namelijk net lijken alsof er in deze tak van geneeskunde geen vooruitgang is. Enfin, bij eieren geldt blijkbaar eenzelfde werkinstructie. Gewichtsklasse 0 was in de jaren ’80 al min of meer obsoleet verklaard, en begin juli 1997 werden in heel Europa toch maar als vrolijke schijnverbetering vier compleet nieuwe gewichtsklassen ingevoerd: small (S), medium (M), large (L) en extra large (XL). De voertaal van dit stelsel is blijkbaar het Engels. (Of dat zo blijft na de Brexit is gissen.) Small (klein) staat voor een gewicht van minder dan 53 gram, large (groot) wordt gebruikt bij eieren tussen 63 en 73 gram, medium (doorsnee) en extra large (schaamteloos en onprotestants groot) geven de klassen voor en na large aan. Merk op dat onze Europese juristen ineens van een 5 naar een 3 zijn gestapt wat de eenheden betreft. Daar zullen ze vast en zeker hun redenen voor hebben gehad. Daarnaast is het voor bureaucraten uiteraard volkomen logisch om gewicht uit te drukken in volume. Als ze er steevast het precieze volume en de dichtheid van het ei (ongeveer 1,038 g/cm3) bij zouden geven, zou het voor mij beter te verkroppen zijn.
Op het ei zelf staat overigens geen gewichtscode gedrukt. Wel andere zaken: het eerste cijfer geeft aan hoe vrij de hen leefde ten tijde van het leggen van het ei, van bio-ei (0) tot kooi-ei (3). Dan volgen er twee letters die het land van herkomst aangeven. AQ duidt bijvoorbeeld op Antarctica. En de laatste 7 cijfers slaan op de boerderij waar het ei is gelegd, tot op de schuur waar de kip haar bezoekadres heeft precies.
NB: Alle eieren die in de originele verpakking (de eierschaal dus) te koop zijn, vallen onder kwaliteitsklasse A. B-eieren worden óf geëxporteerd naar landen die versheid een minder thema vinden óf ze komen toch nog in onze maagjes terecht omdat ze – veelal met behulp van de smaakmaker suiker – in andere consumptiegoederen verwerkt worden.