Manifest der gemiddelden – deel 3: Het nut van het belang

Je hoeft niet het baken te zijn. Ook niet het schip. Dat weten wij maar al te goed.
Twee beroemde uitspraken van Dirk van der Zuilenstraat zijn “het is verdrinken of verzuipen” en “dat noem ik geldschieterij”. En Dirk is natuurlijk geen gemiddeld persoon. Het feit alleen al dat gemiddelden hem gemiddeld vinden, maakt hem niet gemiddeld.
Gemiddelden zijn juist veel te hard bezig met het zich meten aan anderen.
Hun gesprekspartner bepaalt hun expertise.
Ze mogen misschien lachen om een Dirk van der Zuilenstraat, maar zelf hebben ze geen originele observaties of uitspraken. Herhaling is het brandmerk van een gemiddelde.
En een uiting hoeft helemaal niet waar te zijn voor een gemiddelde. Als je maar iets zegt.
Je moet jezelf uiten, want dat is goed! Je moet dingen uitspreken, altijd. Kijk maar op tv; daar doen ze het ook in de soapseries. En dus hoort het zo. Die gedachtengang is voor een gemiddelde voldoende.
Verwar de gemiddelden trouwens niet met de dommen! De dommen weten vaak dat ze dom zijn. Gemiddelden hebben doorgaans erg veel last van zelfvertrouwen. Met alle risico’s van dien.
Een gemiddelde zal je iets zeggen als “ik kan heel goed brainstormen!”
Nou, als je die zin hoort, moet je dus enorm je geld in je handje vastknijpen. Dat is echt een waarschuwing eersteklas.

Het vervelendste van alles is eigenlijk dat als we de gemiddelden zouden verbieden te stemmen de uitslag van de stemming toch gemiddeld zal zijn.

Manifest der gemiddelden – deel 1: De boel veilig bemiddelen

Als gemiddelde moet je je niet op je kop laten zitten. Als straatlampion ook niet, maar dat is een ander verhaal. Toch zijn er een paar zaken waar je je aan moet houden om aan de andere kant van de gang te kunnen komen. Je moet bijvoorbeeld accepteren wat links en wat rechts is.
Je moet in ieder geval een houvast hebben. Je moet iets als ‘hoogste’, als belangrijkste zien. Vanaf daar kun je gaan meten. Tussenstapjes maken is dan ook niet echt handig voor de rechte lijn, maar dat zien wij gemiddelden doorgaans door de vingers.
Wel is belangrijk dat je anderen – niet alleen de andere gemiddelden, maar gewoonweg alle anderen – niet te kennen geeft waar je je meetpunt hebt gevonden of hoe die eruit ziet. Kijk, als je geen plaatje van je ding maakt, kan ook niemand naar dat plaatje kijken.
Het belang van geen tussenstappen maken is ook dat als je terug wil naar de bron je niet kan rusten bij zo’n tussenstap en daar uit luiheid genoegen mee nemen en blijven. Tussenstappen verwarren de rechte lijn, het doel, het uitgangspunt.
Heb geen praatjes en hou je in ieder geval een dag koest en koester die dag. Niet alleen voor jezelf. Nee, ook voor diegenen om je heen. De mensen die Keulen hebben gebouwd hebben namelijk ook Aken gebouwd. En dat kon niet op dezelfde dag, natuurlijk. De ene dag gingen ze bouwen aan Keulen en de volgende dag aan Aken. En zo om en om. Maar omdat een week een oneven aantal dagen heeft namen ze een dag rust om de kalender handig te houden. Zo is het gekomen, moet je maar denken.
Wat ook nog belangrijk is, trouwens, is dat je je ouders niet uitlacht. Je ouders zijn doorgaans even gemiddeld als jij bent, misschien nog wel gemiddelder. Breng eens een bloemetje mee voor je vader en een tijdschrift over vervoersmiddelen voor je moeder, of andersom laat je vader eens bloemetje meebrengen en je moeder een tijdschrift over vervoersmiddelen. Je zult zien dat de wereld er beter van wordt.
Verder is het ook niet echt tof om iemand te vergassen of op een andere manier dood te maken. En door de bank genomen scoor je met het neuken met iemand die niet je verkering is ook geen punten, hoe geil het ook moge zijn.
En als je dan toch bloemen in huis wil, doe dan alleen de knopjes, de bloempjes zelf, want tegen stelen zeggen wij nee. Ook het onoverlegd meenemen van bloemen van anderen verdient geen bos bloemen.
Praat niet als je moet liegen en wees sowieso argwanend betreffende andermans interpretatie.
Maar vooral: laat je niet leiden door jaloezie. Jaloezie geeft je vlekken in je nek en steken in je knieholten en drankzucht en bloedneuzen en pleisters aan je vingers en branderige, moede ogen.

Manifest der gemiddelden – inleiding

Wij gemiddelden moeten onszelf niet ontkennen. Zelfs moeten we elkaar erkennen en herkennen. Dat laatste is in feite niet moeilijk als je een tikkie statistiek snapt. Negen van de tien mensen zijn namelijk net zoals wij zijn.
Een oplettende gemiddelde uit ons midden zal zeggen: hee, maar dat betekent dus dat wij in de meerderheid zijn.
Dat is ook zo. En daar moeten wij ons voordeel uithalen. Niet agressief, maar juist ontvangend. In elk menselijk samenzijn hebben wij namelijk een keur aan gesprekspartners, terwijl niet-gemiddelde mensen altijd ergens in een hoek beteuterd staan te kijken!
De buurman van Jezus was een gemiddeld mens en – om een sprong te maken – de bakker van Adolf Hitler was een gemiddeld mens. Wij gemiddelden zijn er altijd geweest! Dat weet jij, dat weet ik, dat weet iedereen, en dat mag ook iedereen weten. Vandaar dit manifest der gemiddelden, dat op zich natuurlijk een uittreksel is van alle manifesten der gemiddelden die door de eeuwen heen verschenen zijn.