Een neefje van me vroeg me onlangs of tien pond grutten even veel weegt als tien pond kaas. Gelukkig voor hem had ik net die ochtend mijn kaas en grutten voor die week in huis gehaald en was ik net klaar met het jaarlijkse poetsen en ijken van mijn weegschalen.
“Dit soort vragen zijn heel eenvoudig middels een proef te beantwoorden,” zei ik. Altijd bereid als oudere neef om een jongere neef iets van wetenschap bij te brengen, natuurlijk.
Ik vertelde hem wat de bedoeling was. En hoe je moest wegen en zo.
“We gaan uit van het Gentse pond, 430 gram dus, want dat is de beste,” opperde ik.
En we gingen aan de slag.
Mijn neefje woog tien pond grutten af en ik tien pond kaas.
Toen liepen we samen naar de balans toe. De grutten legde mijn neefje links neer, de kaas legde ik rechts neer.
“Dat is duidelijk,” zei mijn neefje na vijf minuten. “Tien pond grutten weegt dus evenveel als tien pond kaas!”
Ik moest keihard lachen. “Zo werkt het niet in de wetenschap, jongere neef,” bulderde ik. “Je kunt niet op basis van een enkele proef zo’n conclusie trekken. Bovendien kan er vandaag iets mis zijn met de zwaartekracht. Ik stel voor dat we dit experiment op gezette tijden herhalen en niet alleen hier, maar ook in landen als Noorwegen en Brazilië. Als eerste zullen we de grutten eens rechts neerleggen en de kaas links. Kijken wat er dan gebeurt.”
Het ontzag van mijn neefje voor mij verlichtte de hele wijk. Hij wist wel dat ik briljant was, maar nu had hij een bevestiging van heb ik jou daar.
En het is ook leuk om iemand iets uit te leggen waar je werkelijk verstand van hebt. Veel lastiger vind ik het als er weer eens een nichtje langskomt dat voor de eerste keer ongesteld is en die je dan moet uitleggen wat er met haar lichaam aan de hand is.
—
Verbeterd en aangepast: Halve titel (http://www.hippekut.com/2015/11/22/halve-titel/)