Ei-eigenschappen #46

Dat de moderne mens het voor elkaar heeft gekregen om de samenleving zo te organiseren dat die op belangrijke zaken altijd onvoorbereid is, zeker als het gaat om het ageren in het belang van iedereen, werkt de verzekeringsbranche nogal in de hand – en de rendabelste der verzekeringen, hebben econometristen gegokt, is zonder twijfel de eierscheidverzekering. Met zo’n polis op zak kun je de kosten van alle eieren die je verprutst tijdens het proces van het scheiden van eiwit en eigeel verhalen (mits je vooraf exact op twee decimalen nauwkeurig het verschil tussen het gewicht en de massa van het ei hebt opgegeven). Sommigen zeggen nooit eieren te scheiden en dus zo’n verzekering niet nodig te hebben. Maar dat slaat natuurlijk nergens op. Je zult net zien dat je, terwijl je gewoon iets voor jezelf aan het doen bent, ineens, vanuit het niets, in de keuken een ei aan het scheiden bent, en dat verpest – dan kan zonder een geschikte assurantie alle schade mooi door jezelf betaald worden, om nog maar te zwijgen over de bijkomende schaamte. En af en toe ben je toch echt wel met je volle verstand aan het eierscheiden – omdat je per ongeluk de dooier op de grond hebt laten vallen en alleen nog maar het eiwit eromheen kunt gebruiken.
Maar zelfs mét een eierscheidverzekering is het uiteraard lang niet zeker dat je gecompenseerd wordt. Die onnodig grote gebouwen van die maatschappijen zijn immers niet gratis. En daarom is het goed om naast een dergelijke afdekking het eierscheiden zelf toch enigszins onder de knie te hebben. Die procedure begint met het vastpakken van een ei. Breek dat ei en laat de inhoud in je hand lopen. Beweeg je hand zo, voorzichtig, dat het eiwit tussen je vingers door in een bakje druipt en de dooier in je handpalm achterblijft. Laat de dooier nu sensueel in een tweede bakje glijden, en voilà pilatus pas! Wil je meer dan één ei scheiden, dan is er daarna nog een cruciale vervolgstap: gooi het goedje uit bak 1 in een derde bak. Alle komende dooiers belanden in bak 2, en al het volgende eiwit gaat via bak 1 in bak 3. Er zou namelijk weleens wat eigeel door je vingers heen in bak 1 verzeild kunnen raken, en dat willen we juist voorkomen.
Belangrijk bij deze methode is wel dat je je handen goed wast. Of dat nou voor of na het proces is, daar zijn de meningen over verdeeld. En er zijn natuurlijk wel andere technieken, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een lepel met gleuven of van de schaal (in tweeën) zelf, maar de methodiek met de hand is toch zeker de gezelligste. Daarnaast wordt ieder van ons door voornamelijk groepsdruk gedwongen om het omgaan met eieren te beperken tot binnen de vastgelegde richtlijnen, en het scheiden van eiwit en -geel enkel uit te voeren volgens de geldende, voorgeschreven handelswijzen. En boven en beneden de rivieren gaat men daar, zoals wij weten, niet hetzelfde mee om. Over de optimale temperatuur van deze eierbewerking is men het wel alom eens – het beste kan men gekoelde eieren gebruiken, omdat de dooiers op kamertemperatuur eerder geneigd zijn te breken.
En na veel oefenen zit je dan met een lading eigeel en een vrachtje eiwit. Geen nood. Van al het eiwit kun je heerlijke meringues maken, en de dooiers tover je – met boter en azijn – om in een prachtige hollandaisesaus. Heb je alleen hele eieren? Dat is ook geen probleem. Want meringues met hollandaisesaus heb je per slot van rekening zo gemaakt!