Het ergste is achter de rug

pick_a_card_tshirt-p2358350011971196583oib_400Dat iemand iets recht in je gezicht zegt is altijd te verkiezen boven dat iemand iets achter je rug doet. Behalve als het over Cees Laarhof gaat. Cees Laarhof is zo scheel dat je werkelijk niet wil dat hij je aankijkt.
Het verhaal gaat dat Cees echt zeven jaar dacht dat hij twee vriendinnen had. Intelligentie was blijkbaar ook niet echt Cees zijn ding, want ‘hoe komt het dat mijn vriendinnen allebei Miranda heten en er ook nog eens hetzelfde uitzien?’ is misschien wel een vraag die je als gemiddelde man graag beantwoord zou willen zien.
Waar Cees dan weer wel goed in was, was keuzes aan anderen overlaten. Ik noem een voorbeeld: Als de vuilnisbakken opgehaald werden, zetten de vuilnismannen altijd de bakken aan een kant van de weg. Cees wist dan nooit welke bak van hem was. Maar hij wachtte tot zijn overbuurman zijn bak had binnengehaald.
Klinkt simpel.
Is het niet.
Veel kaartspelletjes werken op die manier. Winnen door niet te verliezen.
En Cees zei vaak tijdens het pokeren: “Wauw, met tien kaarten kan ik niet kapot!”

Kotsen tot je er ziek van wordt

anatomymyth4Het is goed om minstens een keer per week een bloedneus te hebben. Zonder neusbloedingen kun je immers geen karakter ontwikkelen. Wat alle boekhouders bijvoorbeeld gemeen hebben is dat ze nooit een spontane bloedneus hebben gehad. Wel kunnen ze allen heel erg goed liegen en er zullen er onder hen vast zijn die beweren dat ze af en toe met een tissue onder hun neus moeten rondlopen.
Veel pepers eten is ook goed voor je bestaantje. Laat die laffe darmen maar eens weten dat ze godverdomme niet voor niets in jouw lijf mogen wonen! Alles moet maar gratis zijn voor die klote-organen. Roken over die teringlongen, zeg ik. En niet van die mieterige filtersigaretten. Nee: zwarte tabak!
Slapen in de lucht van olieverf kweekt een vent. Met tequila, bier en rode wijn. Je moet namelijk wel gevarieerd drinken.
En nooit bang zijn voor ruzie, mijn beste vriend, mijn beste zoon. Ruzie is slechts iets dat anderen verzinnen omdat ze jouw eerlijkheid niet kunnen plaatsen.
Vermorzel je klok, verscheur je kalender.
Je kan tegenwoordig mobiel bellen, maar je mag eigenlijk niet bellen als je mobiel bent.
Moord is alleen strafbaar als je een mens bent…
Er waren eens twee vrienden: Eigenbelang en Jaloezie. Wij blijven altijd de beste vrienden, zeiden ze tegen elkaar. En daarna rolden ze op de grond van het lachen. Ze hielden niet meer op.

Gesprekje met de duivel

cannibal_lunch_9_cannibalsIk: Hee duivel, zoals jij de laatste tijd bezig bent, daar ben ik niet echt van gediend.
Duivel: Hoezo?
Ik: Hoezo, hoezo? Je bent gewoon verkeerd bezig.
Duivel: Wat doe ik dan fout?
Ik: Eh, op de eerste plaats: dom zijn!
Duivel: Ok…
Ik: Ik had je toch verteld dat je nooit mijn laatste biertje mag pakken?
Duivel: Eh, ja…
Ik: Je mag best een biertje uit mijn koelkast pakken, maar de laatste is altijd voor mij.
Duivel: Ja, sorry…
Ik: Sorry, sorry, sorry? Daar koop ik niks voor!
Duivel: Ik zal morgen een kratje voor je halen.
Ik: Ja, maar daar heb ik NU toch niks aan, strontduivel!
Duivel: Je hebt gelijk, je hebt gelijk.
Ik: Het lijkt me het beste als jij gewoon stopt met drinken. Misschien kun je je sociologiestudie weer oppakken. Alles beter dan het gelabbekak waar je nu mee bezig bent.
Duivel: Denk je werkelijk?
Ik: Ik denk werkelijk. Jij niet, inderdaad. Kijk eens hoe je erbij staat. Je kan amper meer op je hoeven staan. Een opgebrande lucifer heeft geen functie meer, jij stoepflikker.
Duivel: Zo kan-ie wel weer. Wat wil je nou eigenlijk dat ik doe om het goed te maken?
Ik: Nou, om te beginnen kun je een persconferentie beleggen en op Hel-TV uitleggen dat je een eikel bent en dat ik je meerdere ben.
Duivel: Nou ja, da’s geen probleem, zou ik zeggen.
Ik: Nou, actie dan, Beelzefuck.
Duivel: Ok. Vrienden?
Ik: Vrienden!

Standje 96

240445686_2a7e0eaeb7In de serie “Dingen die de Kama Sutra niet vertelt” vandaag ‘standje 96’.
Eerst maar even de situatieschets.
De man en de vrouw vlijen zich neer op een matras of op een rots; de ondergrond is feitelijk naar keuze. Aangezien de man het mannetje is, neemt de vrouw nu haar positie in ten opzichte van de man. En die positie is de volgende: de vrouw gaat met haar rug tegen de rug van de man aanliggen – beiden liggen op hun zij – en wel zo dat haar achterhoofd de billen van de man raakt en haar billen het achterhoofd van de man raken.
Wat de lol daarvan is en wat er dan verder gebeurt is mij een raadsel, maar seks hoeft natuurlijk niet altijd leuk te zijn.

Lawrence oftewel Arabia

300px-Te_lawrenceGisteren weer eens de flick ‘Lawrence of Arabia’ zitten kijken. Het kostte enige moeite – het is een lange film –, maar het was de moeite wederom waard.
Toen een bandje als The Beatles nog slechts lullige dingen als ‘Love me do’ kon uitkramen, werden er al prachtige films gemaakt. Cinematografisch gezien dan. Want het verhaal is natuurlijk erg laag. De hele film werkt ernaar toe om die vriendelijke Turken een kopje kleiner te maken. En dat zijn wel mooi onze landgenoten, ja!
Dat is gewoon niet leuk. Kutbritten!
De film is ook van begin tot eind opgenomen in Groot-Brittannië, Wales om precies te zijn. Het nabouwen van de woestijnen heeft iets van elf maanden geduurd. Mij had het simpeler geleken om even naar de Drunense Duinen te gaan. Maar goed, ik ben natuurlijk geen arrogante Engelsman.
Uiteindelijk ging het de Britten natuurlijk om het behoud van het Suezkanaal. Laat daar geen misverstand over zijn. Engelsen zijn geen altruïsten die graag Arabieren helpen.
Wat zeker interessant is, is dat in de film echte kamelen zijn gebruikt. Elke kameel die je ziet is een echte. In de jaren zeventig ging het gerucht dat het verklede paarden of bigfoots waren, maar dat is dus niet waar. Kamelenfluisteraar Ralf van Zwieten zei er vorig jaar nog het volgende over: “Kijk, kamelen zijn geen ochtenddieren. Als je hen niet pissig wil maken, moet je hen lekker uit laten slapen. Daarom zijn ook eigenlijk in de film ‘Lawrence of Arabia’ alle shots met kamelen in de middag opgenomen. Vandaar die brandende zon de hele tijd en zo…”
Al met al moeten we blij zijn dat zowel Albert Finney als Marlon Brando voor de hoofdrol gepast hebben en dat we de vrolijke drinker Peter O’Toole hebben mogen leren kennen.

Manifest der gemiddelden – deel 1: De boel veilig bemiddelen

Als gemiddelde moet je je niet op je kop laten zitten. Als straatlampion ook niet, maar dat is een ander verhaal. Toch zijn er een paar zaken waar je je aan moet houden om aan de andere kant van de gang te kunnen komen. Je moet bijvoorbeeld accepteren wat links en wat rechts is.
Je moet in ieder geval een houvast hebben. Je moet iets als ‘hoogste’, als belangrijkste zien. Vanaf daar kun je gaan meten. Tussenstapjes maken is dan ook niet echt handig voor de rechte lijn, maar dat zien wij gemiddelden doorgaans door de vingers.
Wel is belangrijk dat je anderen – niet alleen de andere gemiddelden, maar gewoonweg alle anderen – niet te kennen geeft waar je je meetpunt hebt gevonden of hoe die eruit ziet. Kijk, als je geen plaatje van je ding maakt, kan ook niemand naar dat plaatje kijken.
Het belang van geen tussenstappen maken is ook dat als je terug wil naar de bron je niet kan rusten bij zo’n tussenstap en daar uit luiheid genoegen mee nemen en blijven. Tussenstappen verwarren de rechte lijn, het doel, het uitgangspunt.
Heb geen praatjes en hou je in ieder geval een dag koest en koester die dag. Niet alleen voor jezelf. Nee, ook voor diegenen om je heen. De mensen die Keulen hebben gebouwd hebben namelijk ook Aken gebouwd. En dat kon niet op dezelfde dag, natuurlijk. De ene dag gingen ze bouwen aan Keulen en de volgende dag aan Aken. En zo om en om. Maar omdat een week een oneven aantal dagen heeft namen ze een dag rust om de kalender handig te houden. Zo is het gekomen, moet je maar denken.
Wat ook nog belangrijk is, trouwens, is dat je je ouders niet uitlacht. Je ouders zijn doorgaans even gemiddeld als jij bent, misschien nog wel gemiddelder. Breng eens een bloemetje mee voor je vader en een tijdschrift over vervoersmiddelen voor je moeder, of andersom laat je vader eens bloemetje meebrengen en je moeder een tijdschrift over vervoersmiddelen. Je zult zien dat de wereld er beter van wordt.
Verder is het ook niet echt tof om iemand te vergassen of op een andere manier dood te maken. En door de bank genomen scoor je met het neuken met iemand die niet je verkering is ook geen punten, hoe geil het ook moge zijn.
En als je dan toch bloemen in huis wil, doe dan alleen de knopjes, de bloempjes zelf, want tegen stelen zeggen wij nee. Ook het onoverlegd meenemen van bloemen van anderen verdient geen bos bloemen.
Praat niet als je moet liegen en wees sowieso argwanend betreffende andermans interpretatie.
Maar vooral: laat je niet leiden door jaloezie. Jaloezie geeft je vlekken in je nek en steken in je knieholten en drankzucht en bloedneuzen en pleisters aan je vingers en branderige, moede ogen.

Manifest der gemiddelden – inleiding

Wij gemiddelden moeten onszelf niet ontkennen. Zelfs moeten we elkaar erkennen en herkennen. Dat laatste is in feite niet moeilijk als je een tikkie statistiek snapt. Negen van de tien mensen zijn namelijk net zoals wij zijn.
Een oplettende gemiddelde uit ons midden zal zeggen: hee, maar dat betekent dus dat wij in de meerderheid zijn.
Dat is ook zo. En daar moeten wij ons voordeel uithalen. Niet agressief, maar juist ontvangend. In elk menselijk samenzijn hebben wij namelijk een keur aan gesprekspartners, terwijl niet-gemiddelde mensen altijd ergens in een hoek beteuterd staan te kijken!
De buurman van Jezus was een gemiddeld mens en – om een sprong te maken – de bakker van Adolf Hitler was een gemiddeld mens. Wij gemiddelden zijn er altijd geweest! Dat weet jij, dat weet ik, dat weet iedereen, en dat mag ook iedereen weten. Vandaar dit manifest der gemiddelden, dat op zich natuurlijk een uittreksel is van alle manifesten der gemiddelden die door de eeuwen heen verschenen zijn.

Het was mei of oktober

jipSip en Jankerdje liepen in de tuin.
Ik ruik iets, zei Jankerdje. Zit er stront aan je schoen?
Nee, aan mijn lul, zei Sip. Ik heb vanochtend onze au pair geneukt.
‘Au pair’, wat is dat? vroeg Jankerdje.
Nou, zei Sip, dat is een soort vrouw met een andere taal die heel veel reist om dan hier heen te komen om onderdanigheid te leren.
Aha, dus ik kan nooit au pair zijn, zei Jankerdje.
Nee, zei Sip, want jij woont hier al.
Jankerdje was teleurgesteld en voelde op haar hele lichaam of ze al borstjes had.
Sip zag het.
Kom, we gaan stenen gooien in het meer, zei Sip opbeurend bedoeld.
Ja, maar dat doen we al zo vaak dat het meer meer stenen is dan meer, zei Jankerdje sneu.
Of we gaan een vlieger vouwen, zei Sip met zijn vuistjes in de lucht.
De vlieger die ik voor mijn verjaardag kreeg was anders meteen stuk toen jij hem ging vouwen, zeurde Jankerdje.
Koekjes dan maar, zei Sip.
Met melk, zei Jankerdje.

Haar moeder weet het niet

De rimpels zijn nu duidelijk zichtbaar
En ze lacht, lacht heel zenuwachtig
Nou ja, ik zeg heel zenuwachtig
Van een afstand leek het toch heel
Ze draait zich om en om, dat kent ze
Ze geeft haar haren nog wat extra lucht
Nog snel een hap met zoete, witte wijn
En langzaam naar wat zo ontzettend vaak was
Dan knipperen haar ogen en ontwaken
Ze wil iets eten, desnoods chips met paprika
En ze wil ervoor betalen, want zo is ze opgevoed
Ze weet dat niets voor niets of zomaar gratis is

Heel zachtjes auw
Dat heeft geen zin
Heel zachtjes auw
Brengt de pijn er juist in

Ze mag douchen, wat een geluk, dat weet ze
En ze wast zich zo heel erg lang en breed
Nou ja, lang, ze wordt dringend geroepen
Het water was fijn op haar huid en haar
Treuzelend volgt ze de stem naar de living
Er klonk ooit iets in dat ze mocht en begreep
De taak is nu eieren bakken, met veel vet
Heel snel, ja, maar vooral niet met ham
Ineens gaat de deurbel, haar vader
Zij heeft hem een jaar niet gezien
En, godverdomme, hij is ook de enige
Die haar nog tillen kan na een kwartier

Heel zachtjes auw
Dat heeft geen zin
Heel zachtjes auw
Brengt de pijn er juist in

Tafel van vijf

Er was eens een tafel van vijf
Een ging er heen
Toen waren er
Nog vijf stoelen

Er kwam er een om
Toen waren er
Nog vijf stoelen

Een zag een pijp
En nam handen en knieën
Om erdoor te gaan
En eruit te gaan
Toen waren er
Nog vijf stoelen

Een had een loodje
En hij vond het verdomd nodig
Het ergens te leggen
Toen waren er
Nog vijf stoelen

Een zei dag
Tegen niemand
En hij nam een stoel mee