Kevin de foetus – donderdag

Het was al meer dan drie uur dat Kevin zijn mojo kwijt was. Nou ja, kwijt: Osama Bin Laden wilde hem lenen. En dingen lenen vinden wij allemaal prima, maar toch niet langer dan drie uur?
En dus ging Kevin maar naar Helmond om bij Osama zijn mojo terug te halen. Ik bedoel: dan heb je geld als water, en dan heb je ook nog water, en dan moet je toch nog iemands mojo jatten! Dat gaat te ver. Dat kan niet.
Iemand moet die Osama eens vertellen dat hij sommige dingen gewoon niet kan maken! Een fiets, bijvoorbeeld. Tussen maart 2003 en juli 2007 zijn er wel 231 kapotte fietsen bij Osama afgeleverd en hij heeft er niet eens een van kunnen maken.
Of neem nou handschoenen. De moeder van Teun had last van een kapotte linkerhandschoen. De naad, natuurlijk, altijd weer de naad! En Osama zei dat hij het wel kon maken. En dat is nou acht jaar geleden!
Toen Kevin bij Osama aanbelde deed laatstgenoemde pissig open. “Ik ben net aan het bidden!” zei hij. “Ik toch ook,” zei Kevin, “of zie je dat niet, kutmoeslem?” Osama verontschuldigde zich, terecht. “Zie je de moeder van Teun nog wel eens?” vroeg hij. “Haar linkerhandschoen is klaar.”
Kevin stopte een verse kogel in zijn pistool.”Weet je dan niet dat de moeder van Teun haar linkerhand al drie jaar kwijt is?” zei Kevin. “Een weddenschap. Ze heeft wel die dag nog zes rechterhanden gewonnen.”
“Kut!” zei Osama. “Inderdaad!” zei Kevin.

Kevin de foetus – woensdag

Kevin dacht toch echt dat het vrijdag was en hij ging kijken of hij iets nutteloos in zijn keukenkast kon vinden. En het lukte. Kevin vond een kam.
“Een kam? Een kam?” riep hij tegen zijn goudvis. “Die is zeker van jou, klootzak!” Kevin gooide de kam tegen de kom.
“Weet je dan niet dat de broer van mijn loodgieter dood is gegaan aan een kam?” Kevin viel op de grond met een potje method acting van heb ik jou daar.
“Altijd hetzelfde!” jammerde Kevin en hij balde een soort van vuist. “Denk je een keer dat het vrijdag is en dan legt je goudvis weer een kam in je keukenkast!”
Zijn verdriet nam vormen aan, waar alle emoties betreffende het voorval in Auswitz bij verbleken. Kevin zette zijn laptop aan en surfte naar een zelfhulpforum voor mensen met een depressie. Zeker vier uur lang heeft hij toen medeforumgasten proberen te overtuigen dat het goed is om zelfmoord te plegen. In vijf gevallen had hij succes. Kevin is zo gek nog niet!
Maar na een uur of vier en een zelfmoord of vijf vond Kevin het wel welletjes. “Die flauwekul met die zelfmoord ook altijd”, zei hij terwijl hij zijn rits dichtmaakte, “ik ga me eens bezighouden met hoe aardappels zichzelf kunnen schillen!”
En dat deed hij. Als geen ander.
Drie uur later had hij het voor elkaar dat er een aardappel was die een videoband kon schillen. Meer tijd wilde Kevin er niet insteken. Het pakte een biertje en zei “het is mooi geweest vandaag!”

Kevin de foetus – dinsdag

De telefoon ging om tien over elf en de wekker zou pas zes minuten later gaan.
“Godverdomme,” nam Kevin de telefoon op. Het was de manager van AC/DC – alweer, de zoveelste keer deze week – , die vroeg of Kevin tekstschrijver van de band wilde worden.
“Nee,” gilde Kevin in de telefoon, “en ik droomde net van een moeslima die een varken aan het pijpen was, dus nu helemaal niet meer!”
Maar toen ging de manager van AC/DC op het sentiment spelen. Hij was vroeger ook foetus geweest; enfin, u kent het wel. En toen ging (zelfs!) Kevin door zijn te worden knietjes.
Niet lang en een nieuwe villa voor Kevin daarna zongen bijna alle kindertjes van de wereld de hit ‘Take A Shit, But Give No Shit’ vrolijk mee. Het was een typische win-win-situatie: belangrijke dingen voor de wereld doen en daarnaast ook nog eens amper tot geen belasting betalen.
Kevin zette zijn telefoon uit en zijn wekker wat later en hij hield er wel van.

Kevin de foetus – maandag

Kevin langs bij de buren; de buurtjes gaven een party. De buurman had namelijk een mijlpaal bereikt – en dat al op zijn zevenenvijftigste!
Op de party trof Kevin een kantonrechter en hij vroeg deze enige vragen. Simpele vragen natuurlijk! Op moeilijke vragen zijn kantonrechters niet gebouwd. “Hoe krijg je bessensap uit kleding?” en “Hoeveel poten hebben spinnen?”, dat soort vragen.
“Ee, val die kantonrechter eens niet lastig,” schreeuwde de moeder van Kevin tegen Kevin. “Die moet ik nog pijpen als we geld nodig hebben!”
Respectvol nam Kevin afscheid van de kantonrechter met de woorden: “Ik wist niet dat u een man was”.
Toen Kevins moeder haar poepgat (zelf noemde ze het haar ‘second opinion’) aan werkelijk alle gasten had laten zien, maar ze nog steeds niet voldoende drank genuttigd had, togen Kevin en zijn moeder naar huis.
“Iedereen was bijzonder aardig,” zei Kevin onderweg. “Vorig jaar was het neuker,” zei zijn moeder en viel.

Kevin de foetus – zondag

Vandaag was Kevins vrijwilligersdag; zo stond het in zijn agenda. “Alles moet een keer meegemaakt worden en het maakt daarbij niet precies uit door wie!” was Kevins motto. Maar vandaag vond Kevin de foetus het nodig om eens te gaan collecteren voor een goed doel. En wel voor het goede doel ‘Stichting Mannen Boven De Zestig Die Ook Wel Weer Eens Een Keer Met Een Meid Van Achttien Willen Neuken’ – kortweg SMBDZDOWWEEKMEMVAWN.
Maar voor Kevin bij het eerste huis was om aan te bellen, bedacht hij zich: “Hee, is het niet juist die groep van achttienjarige meiden die in dezen vrijwilligsters moeten zijn en niet ik?” Kevin zag de Nobelprijzen al zijn kant op vliegen met deze gedachte en rende snel naar huis voor papier en potlood.
Na drie minuten had hij een belachelijk secuur uitgewerkt schema over hoe de meisjes van de samenleving tot een bepaalde leeftijd de mannelijke helft zouden kunnen behagen – desnoods tegen betaling.
Vol trots e-mailde Kevin dit plan naar de minister-president. Binnen twintig minuten had Kevin een e-mail terug waarin beschreven dat dat idee al bestond, maar ook met hartelijke groeten en ‘bedankt voor de moeite voor het denken voor de samenleving’.
“Tja, voor mij dus geen vrijwilligerswerk meer,” mompelde Kevin een joint rollende.

Kevin de foetus – zaterdag

Op de beste dag van allemaal tot nu toe besloot Kevin de foetus van oorharen tellen een sport te maken. En niet zomaar een sport, nee: een denksport! Maar waar haal je nu een twee drie oorharen vandaan? Of, als je verder wil tellen, nog meer oorharen?
Kevin zag zijn plan al in duigen vallen en ging zijn te worden knie wrijven. Toen kwam zijn moeder de kamer binnen. “O sorry, ik wist niet dat je aan het masturberen was,” zei ze. “Dat was ik ook niet,” zuchtte Kevin, “maar erg interessant dat je niet wist wat ik niet aan het doen was. Ik moet er mijn filosofenencyclopedie eens op naslaan.”
Snel trok Kevin een stuk of vijf oorharen uit zijn moeders neus. (Kevins moeder bewaarde haar oorharen altijd in haar neus – zie het album ‘Satan is jarig’).
“Maar als je wil dat ik masturbeer, doe ik het uiteraard met plezier,” ging Kevin verder, “Kom lekker naast me zitten en vertel me over de eerste keer dat je een penis in je anus kreeg.”
De moeder van Kevin trok zwijgend naar een andere ruimte. “En dan praat ik nog netjes ook!” schreeuwde Kevin haar na. “Moederliefde is niet meer wat het geweest is!”

Kevin de foetus – dinsdag

Vandaag komen de ‘grote jongens’ langs om te collecteren. Kevin heeft gokschulden.En dus gaat hij maar naar het strand of zo. Want hij kan zijn moeder – op wiens naam hij de gokschulden heeft – niet zien bloeden. Zo is Kevin.
Hij kan wel prettigere dingen bedenken dan dat andere mensen zijn moeders vingers breken. Naar het strand gaan of zo! En dingen bedenken als: hoe vaak wordt er niet een pakje sigaretten weggegooid waar toch – zonder dat de weggooier dit weet – nog een sigaret in zit? Milieu en economie, daar is Kevin vaak mee bezig; vooral als hij gokschulden heeft op het strand.
Als zijn moeder eenendertig keer heeft gebeld en twaalf sms-jes heeft gestuurd, zet Kevin zijn mobiel uit. ‘Zo erg met haar en haar vingers kan het dus niet zijn,’ denkt Kevin, ‘als ze nog kan sms-en.’ Aan het begin van de avond heeft Kevins versiertruc ‘Ee, heb jij misschien een zus met een oneven aantal tieten’ nog steeds geen succes en het lijkt er sterk op dat hij richting huis moet.

Kevin de foetus – maandag

Door het flitsen van al de cameralampen liet Kevin een scheet of drie, vier.
“Gelijkgestelden, gelijkgestemden, what the fuck,” gaf Kevin zijn repliek tegen een redelijk opdringerige reporter. “Ik dacht dat het over tijd en klokken ging, en dat er een paar waren die op gelijke tijden dingen doen vertaalden met ‘elkaar pijpen als het er zich maar voor leende’ daar kan ik natuurlijk geen zak aan doen!”

Foetus Kevin werd met een speciaal soort handboeien het justitieel gebouw uitgeleid.

“En dat u uit de kas gegrepen hebt, neemt u zich dat niet kwalijk?” vroeg een reporter.
Kevin stopte zijn gang op de grote marmeren trap en keek de betreffende journalist aan.
“Uit de kassa,” zei je, “uit de kassa!”
Hij bewoog zijn te worden gezicht heel en heel erg dicht naar het gezicht van de inmiddels bukkende journalist.
“Dat betekent niet: IN de kassa, jongen!”
Toen spuugde hij op de man en liet daarna een lage ‘c’ aantoetsen. Hij sprak: “Het feit dat ik misleid ben door de homo’s die zich voordoen als klokken, kan mij allerminst verweten worden! Het is gewoon zo en eenieder die iets vindt kan dat melden en zal ik binnenkort doodmaken!”
Zeven bontjassen werden er die dag aan Kevin aangereikt, waarvan hij er slechts drie aantrok.

Kevin de foetus – zondag

Kevin werd weer eens een prijs uitgereikt voor zijn goedburgerlijkschap. Dit keer was het voor het fenomenaal oprollen van een tapijt van een of andere georganiseerde criminele organisatie. Met het gewonnen geld huurde Kevin een fraaie hoer in. Na drie uur ging ze jankend naar (een ander) huis. Het eerste uur liet Kevin haar zoete broodjes bakken, maar toen bleek dat ze – ze heette overigens Miranda, maar Kevin noemde haar liever ‘Hee jij’ – in de keuken een belachelijke onhandigheid vertoonde, liet Kevin haar maar films zien met meisjes die net legaal misbruikt worden. Ondertussen vroeg Kevin journalistieke vragen als “heb jij zussen?” of “wil jij later kinderen?”. Bij het weggaan van ‘Hee jij’ werd Kevin pissig op zijn moeder. “Jij had ook wel eens iets kunnen zeggen!” zei hij haar.

“Ik kan er godverdomme ook niets doen dat ik het product ben van dat mijn vader je die ene keer niet in je gezicht spoot maar in je kut!”, schreeuwde Kevin naar zijn moeder. “Ik heb misschien niet de fysieke capaciteit om zo’n pisbakkenhoer pijn te doen, maar een beetje steun had ik van jou wel verwacht, ja!” Kevins moeder begon te snikken.

“Ach, trek het je niet aan, mamsie,” zei Kevin, “ik maak warme azijn voor je en dan gaan we slapen.”

Kevin de foetus – zaterdag

Kevin is zich aan het opmaken voor een interview met ene heer Hitler. Hitlers manager schreeuwt in Kevins nog niet geheel ontwikkelde oor dat hij niks over de tijd in de kibbutz mag vragen en dat de letters van Hitlers huidige postcode geheim moeten blijven. Al met al is het een reden voor Kevin om te stoppen met masturberen, terwijl het meisje van de grime ongestoord met haar volgepropte stijve-beugel-bh tegen Kevins schouderpartij in wording blijf priemen. Daar komt Hitler de schminkkamer binnen. ‘Kevin de pevin!’, blaat hij. ”Hitler de pitler!’, blaat Kevin terug. Kevin en Hitler kennen elkaar nog van hun voetreis door het Argentijnse land. Nou ja: eerst gingen ze met de boot naar een Braziliaanse badplaats en daar zijn ze toen maar een paar weken blijven hangen. Wel een goede vriendschap aan overgehouden!

‘Kijk eens, Kevin,’ zegt Hitler, terwijl hij zijn neus recht naar boven houdt en de rest van zijn hoofd horizontaal, ‘ik laat mijn snor staan!’ ‘Kijk eens, Hitler,’ zegt Kevin, terwijl hij een van zijn tentakels slap laat hangen, ‘ik laat een van mijn tentakels slap hangen!’

De twee vrienden hebben duidelijk pret.